“Als auteur debuteren op je vijfentachtigste, mooier kan het niet!” Guus van Waveren zette het begin dit jaar op de uitnodiging voor het bijwonen van de presentatie van zijn autobiografie Weerzien in de Openbare Bibliotheek te Hilversum. Waarlijk geen sentimenteel type, deze Guus. Dat is meteen te merken aan ‘the tone of voice’ van Weerzien, een boek zonder literaire pretenties, een gedetailleerd verslag van leven en werk van een arbeidersjochie uit de Amsterdamse Dapperstraat, dat uiteindelijk van 1962 tot 2000 als regisseur honderden tv-producties realiseerde voor NTS en later NOS.
Het boek is zoals dat heet ‘klein geschreven’, ingedeeld in korte hoofdstukken die op zichzelf afgeronde miniaturen zijn. De weinig rooskleurige jeugdjaren van Guus tijdens en direct na de Bezetting, zijn liefde ‘op het eerste gehoor’ in het vredesjaar 1945 voor jazz en CocaCola, de tijd als dienstplichtig telegrafist bij de Koninklijke Marine, de korte periode als correct in het maatpak gestoken reclametekenaar bij bureau Prad, waar zijn eerste opdracht was een label te ontwerpen voor damesblouses van Etam. Guus: “Ik liep tussen de middag steeds even langs de winkel van Etam in de Kalverstraat waar aan elke blouse in de etalage het door mij ontworpen label hing.” Van Waveren ontpopt zich bij het beschrijven van zijn jeugdjaren als een geboren verteller, bijna een eigentijdse Theo Thijsen: geen Kees de jongen, maar Guus het kereltje.
Guus’ wederwaardigheden als tv-regisseur en scenarioschrijver zijn met evenveel ingehouden humor -en soms ook met ingehouden verdriet- uit de doeken gedaan als zijn jaren daarvoor. Legio bekenden uit de showbusiness en uit de kunst- en cultuursector komen voorbij. Tijdens het lezen zal menigeen verzuchten: “Ach ja, die…” Of: “Mooie documentaire was dat…” De neiging om veelvuldig te citeren uit het boek moet helaas onderdrukt worden, maar sommige passages zijn te mooi om niet alvast prijs te geven.
Première
Eind jaren zestig reisde Guus voor de tv-filmrubriek Première met de presentator van dat programma naar Londen om daar de Britse acteur Michael York te interviewen. De afspraak was geregeld door George Noordhof, die destijds voor de NCRV het wetenschappelijke programma bij de eerste vraag. Michael York stond ontspannen met een glas port in de hand te leunen tegen de schoorsteenmantel van een brandende haard. Een prachtig shot. De Première-presentator schraapte zijn keel en vroeg: “Mister Jerk…” Oftewel: “Rukker”. George Noordhof zat voorovergebogen met zijn hoofd in zijn handen. We schaamden ons rot, maar Michael York vertrok geen spier en beantwoordde alle vragen beleefd op minzame toon.” Guus heeft de naam van de stuntelende presenator maar niet genoemd.
In zijn ruim veertig jaar durende carrière werkte Guus nauw samen met uiteenlopende prominenten als Bram Vermeulen, Rita Reys, Reinbert de Leeuw, Hans Keller, Adèle Bloemendaal, Loudi Nijhoff, Johnny Meijer, Dick Swidde, Max Appelboom, Sonia Gaskell, Henk Jurriaans, Bette Midler, enzovoorts. Guus haalt aan hen soms hilarische en dikwijls veelzeggende herinneringen op. Stelt u zich eens voor, de kleine Willy Alberti die met zijn hoofd achterover opkijkend tegen de boomlange wereldkampioen judo Anton Geesink roept: “Jij bent een grote klootzak!” Alberti’s wrevel werd veroorzaakt omdat hij vlak voor de opname van de tv-show Willy & Willeke merkte dat Geesink, samen met wielrenner Peter Post, uit de koelkast van de studiokantine zijn fles whisky soldaat had gemaakt. Willy Alberti, zanger van het Napolitaanse levenslied, had de gewoonte om vóór hij optrad zich steevast eerst moed in te drinken uit zijn ‘vaste’ fles whisky. Die nu leeg was zodat hij dus ‘nuchter’ zijn repertoire moest brengen. Klein leed, subtiel opgetekend door Guus van Waveren.
Tijdsbeeld
Zo brengt hij legio, op het eerste gezicht triviale, anekdotes te berde die bij nader inzien wel degelijk iets zeggen over de betrokkenen en de tijd waarin het zich afspeelde. In 1980 is Bette Midler in Amsterdam voor het promoten van haar recente speelfilm Divine Madness. Ze logeert in het Amstelhotel in Amsterdam. Voor de rubriek Cinevisie maken Guus en presentator Cees van Ede een interview met de beroemde Amerikaanse actrice. Terwijl de technische ploeg bezig is met licht en geluid, zit Guus ontspannen op een bank alles gade te slaan. Onderhand vertelt hij een komisch verhaal aan ‘de jongens’. Die moeten smakelijk lachen om Guus, net op het moment dat Bette Midler voorbij dribbelt. Ze blijft voor Guus staan, kijkt hem aan en zegt met de van haar bekende cynische stem: “I like your job, making jokes and doing nothing!” Guus barst op zijn beurt in lachen uit, het ijs is gebroken tussen de Nederlandse regisseur, interviewer Cees van Ede en de als nogal ijzig bekendstaande Hollywood-diva. Het werd een uitstekend vraaggesprek.
Zo staan er talloze schijnbaar terloops ontstane grappige maar ook dramatische situaties in Weerzien. Op het verdriet dat Guus tijdens zijn leven heeft moeten meemaken, wordt op deze plaats niet ingegaan. Het is bijna te intiem om het te citeren, de lezer komt het in het boek vanzelf tegen en verneemt het van Guus zelf. Dat Guus mentaal overeind is gebleven dankt hij onder meer aan zijn Amsterdamse gevoel voor humor en aan zijn relativeringsvermogen. Inderdaad, Guus van Waveren debuteerde als auteur op zijn vijfentachtigste jaar. Op zichzelf een knappe prestatie. In Weerzien schetst hij op innemende wijze, geïllustreerd met zeldzame nostalgische foto’s uit zijn archief, een beeld van Amsterdam tijdens en direct na de oorlog. Daarna ontrolt zich fragmentarisch de geschiedenis van de vaderlandse televisie tot de eeuwwisseling. Een ‘mustread’, zeker voor jonge en oud-tv-regisseurs maar ook voor eenieder die betrokken is en is geweest bij het wel en wee van de omroep.
Weerzien is een uitgave van Uitgeverij Gigaboek, 254 bladzijden, 20, ISBN 9 789085 484356. Een klein deel van het werk van Guus van Waveren is te zien via YouTube, Facebook en via de website van Beeld en Geluid.