Watersnoodjournaal brengt de ramp dichtbij

De kelder van het NOS-gebouw vertoont enorme waterschade! Het is de ruimte waar met een green screen het Watersnoodjournaal wordt opgenomen, dat vanaf eind januari in vijf afleveringen wordt uitgezonden. Tussen de steenresten staat de nieuwslezer om de kijker mee te nemen naar de storm die in de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 de grootste watersnoodramp in Nederland veroorzaakte.

In 2019 en 2020 was de NOS succesvol met het Bevrijdingsjournaal. Het begon op 3 juni 2019 als een nieuwsuitzending van de aanstaande D-day.  Verslaggevers belichtten de ontwikkelingen vanaf locaties in Engeland en Frankrijk. Anchorman Herman van der Zandt voerde kruisgesprekken met de journalisten en duidde de gebeurtenissen voor het publiek. Op de achtergrond ziet het publiek archiefbeelden op de schermen waartussen de presentator staat. Het ‘oude’ nieuws is voor de kijker gepresenteerd in de stijl van het hedendaagse nieuws. Het Bevrijdingsjournaal bracht gedurende het hele jaar de ontwikkelingen van de bevrijding van Nederland. Het was een groots project, dat nu op kleine schaal vervolg krijgt met een Watersnoodjournaal.

Het is dankzij de digitale technieken mogelijk om zo dichtbij het verleden te komen. Eindredacteur Paul Vloon ziet sinds de productie in 2019 nieuwe ontwikkelingen. In het journaal kan bijvoorbeeld weer makkelijker geanimeerd worden om het verhaal in archiefmateriaal voor de kijker aantrekkelijk te maken. Inkleuren zal waarschijnlijk in de toekomst vaker gebeuren. Maar het blijft een arbeidsintensief format, vertelt Vloon. Het leent zich bovendien niet voor ieder onderwerp. Het moet iconisch zijn voor heel Nederland en blijvende impact hebben, zodat het relevant is om nu nog te vertellen. Vooralsnog staan er geen nieuwe projecten in de planning.

De watersnoodramp heeft impact gehad én is met de stijgende waterspiegel bovendien een actueel onderwerp. Het journaal duikt in de vragen naar de oorzaken én de omvang van de ramp. Waarom kwam de hulp langzaam op gang en hoe is de schade hersteld? Dat de journaalvorm werkt als geschiedschrijving blijkt wel uit het succes van het Bevrijdingsjournaal, die uitzendingen worden veel gebruikt in het onderwijs aldus Vloon.

Het Watersnoodjournaal laat zien dat Nederland in 1953 nog in de wederopbouw zat, dat veel huizen op het Zeeuwse platteland in slechte staat waren én wat de rol was van Ingenieur Johan van Veen. Hij waarschuwde al vanaf de jaren dertig dat de dijken te laag waren. Een rapport onder de titel De afsluitingsplannen der Tussenwateren verscheen 29 januari 1953, nota bene twee dagen voor de ramp.

Langzaam besef

Het gebruik van archiefmateriaal is een uitdaging voor dit journaal vindt Vloon. In februari 1953 bestond televisie pas anderhalf jaar in Nederland, een televisiejournaal was er nog niet. De radio was het meest directe nieuwsmedium, maar was in dit geval niet meteen ter plaatse. Omroeppolitiek speelde hierin een rol. Communicatie is cruciaal in zo’n ramp, maar veel burgemeesters zagen de ernst van de bedreigende situatie te laat in en wisten niet hoe te handelen. Zodoende kwam hulp laat op gang, al kwam er wel snel hulp uit Italië. Daar hebben zendamateurs noodsignalen opgevangen en een actie op touw gezet.

De eerste beelden werden in de loop van 1 februari gemaakt door het Polygoon bioscoopjournaal. Ze lieten de situatie uit de lucht zien vanuit een vliegtuig. Dat was vanaf 2 februari in de bioscopen te bekijken, waarmee in de rest van Nederland langzaam maar zeker de omvang van de ramp doordrong. Ook journalist Carel Enkelaar, later eindredacteur van het NTS Journaal, vloog over Zeeland, maar hij kon Schouwen-Duiveland niet vinden. Hij had nog niet begrepen dat het de watervlakte was waarover hij vloog.

Vergeleken met nu valt op dat verslaggevers destijds vooral het grote plaatje laten zien. Het nieuwe Watersnoodjournaal wil aansluiten bij de beleving van de kijkers van nu. Die zijn inmiddels gewend aan getuigenverslagen die het persoonlijke leed voelbaar maken. De redactie lost het op door met foto’s en de getuigenissen uit de periode na de ramp het persoonlijk leed zichtbaar te maken.

Tot slot laat het journaal de afwikkeling zien. Want zo gebrekkig als de leiding was tijdens de ramp, zo voortvarend ging men aan de slag om de schade te herstellen. Helaas ontbraken de camera’s in het Kamerdebat waarin premier Drees zei dat niet naar de schuldigen, maar vooral naar de toekomst gekeken moest worden. Na acht maanden was het laatste dijkgat gedicht en waren de eerste stappen gezet in de uitvoering van de Deltawerken.

Het Watersnoodjournaal vertelt het verhaal van Nederland en het water in de 20e eeuw. Voor de liefhebber is er ook nog een Podwalk, die gemaakt is in samenwerking met de NTR. In het zwaar getroffen Oude Tonge kun je een GPS-gestuurde audiotoer volgen om de geschiedenis te beleven.

Foto: Anefo
Bijschrift: Amfibievoertuig met hulptroepen in het rampgebied

gerelateerde artikelen