100 jaar Radio Bloemendaal. Kerkzender ging bijna aan eigen succes ten onder

De naam doet denken aan een lokale omroep, maar niets is minder waar: Radio Bloemendaal is de oudste christelijke zendgemachtigde van Nederland. Een paar maanden ouder dan zijn grote broer, de NCRV. Een kerkzender van gereformeerde huize op de middengolf, die dit jaar zijn honderdste verjaardag viert.

Volgens de overlevering was het gemeentelid J.H. Monnik, een jurist, die op een zondag in de lente van 1924 dominee J.C. Brussaard aansprak: “Dominee wat hebt u mooi gepreekt. En wat jammer dat we dat alleen maar in de kerk hebben gehoord. Met radio kunnen ook de mensen thuis en de zieken meeluisteren”, zo vertelt Herman Schippers, voormalig ouderling en afgevaardigde in de Radioraad. Samen met radiotechnici Joost Lub en Harrie Prins heeft Schippers de archieven doorgespit voor een tentoonstelling over 100 jaar Radio Bloemendaal.

Van start onder beperkingen
Dominee Brussaard was al snel voor het idee gewonnen. Met hulp van kerkenraadslid Jan Tanis, een bakker uit Haarlem, en MTS-student Arnold de Jager werd een oude legerzender op de kop getikt en aan de praat gekregen. Na enkele proefuitzendingen vroeg de Kerkenraad van de Gereformeerde Kerk in Bloemendaal bij de regering een zendmachtiging aan, die verrassend genoeg werd goedgekeurd. Maar wel met de nodige beperkingen.

Schippers: “We kregen een vergunning, maar niet voor onbepaalde tijd. En we mochten er verder geen rechten aan ontlenen. Maar we konden dus wel gaan uitzenden, met onze zender van 40 watt, op 200 meter in de middengolf. En alleen tijdens de kerkdiensten, op zondagmorgen en zondagmiddag.”

Op 15 juni 1924 werd de eerste officiële radiokerkdienst uitgezonden vanaf de kerk aan de Vijverweg in Bloemendaal. “Daarnaast stond een mast en tussen die mast en de kerktoren hing een draadantenne, die verbonden was met de zender in de toren,” legt technicus Joost Lub uit. “En zo waren onze kerkdiensten in de omgeving te horen. Het bereik was beperkt, maar een paar kilometer. In de jaren daarna kregen steeds meer mensen een radio en groeide ons luisterpubliek. In 1934 kregen we een zender van 100 watt op een golflengte van 245 meter. En zo is het tot ver in de oorlog doorgegaan. In 1943 is alle apparatuur door de Duitsers weggehaald en later nooit meer teruggevonden.”

Kerstmis 1948 werden de uitzendingen hervat. Met dank aan de firma Philips, die de kerkzender steunde en een nieuwe zender leverde. Joost Lub: “We kregen een nieuwe zendmachtiging op historische gronden. Voortaan konden we op zon- en feestdagen uitzenden van 9 tot 5. Dat was een forse verruiming van de zendtijd. De golflengte bleef hetzelfde: 245 meter. Maar het zendvermogen werd beperkt tot 50 watt. Pas een paar jaar later mochten we weer terug naar 100 watt.”

Dominee Toornvliet
Dat was het begin van een periode van grote voorspoed voor Radio Bloemendaal. Schippers: “Onze predikant was dominee Toornvliet en die was zeer geliefd. Hij had echt charisma, de mensen wilden hem graag horen. En hij vond het zijn taak om contact te onderhouden met die grote groep luisteraars. Hij reed duizenden kilometers per jaar en besteedde veel tijd aan zijn radiogemeente. Zoveel zelfs, dat de zorg voor zijn eigen gemeente eronder ging lijden.” De Kerkenraad begon zich zorgen te maken. Maar ds. Toornvliet werd razend populair. Zijn radiowerk was booming business. “Zijn gestencilde preken waren te koop en daar werd goed geld mee verdiend. Ze werden zelf naar emigranten in Canada, Australië en Nieuw-Zeeland gestuurd. Luisteraars vroegen Toornvliet om uitvaarten te doen. En ze lieten hun erfenis na aan Radio Bloemendaal. Dus er kwam veel geld binnen. Vandaar dat de kerk uiteindelijk zei: Toornvliet, doe jij die radio maar, wij nemen een eigen predikant voor de gemeente.”

In 1959 werd in Bloemendaal een nieuwe kerk geopend, een echte radiokerk. Een moderne radiostudio bood uitzicht op de kerkzaal. Met een fantastisch orgel, dat alleen door de beste organisten bespeeld mocht worden. En met toppredikanten, die hun boodschap graag door de ether lieten verspreiden. Een jaar later werden twee enorme antennemasten geplaatst op de Bloemendaalse duinen.

Keerzijde
Het was een goede tijd voor de radiokerk in Bloemendaal, maar het succes had ook een keerzijde. Lub: “Toornvliet deed dingen die hij niet mocht doen. Hij ging naar grote zalen waar hij preekte en mensen ging dopen of trouwen, zonder dat de kerk ervan wist.” Schippers: “De radiokerk werd bij wijze van spreken een kerk in de kerk. De Kerkenraad had er geen greep meer op. Uiteindelijk werd dominee Toornvliet met studieverlof gestuurd. Maar dat kon niet eeuwig duren en zijn vele aanhangers gingen morren.”

De kerk wilde de populaire Toornvliet ook niet kwijt. Er werd een stichting opgericht, Kerk Zonder Grenzen, die direct onder het gezag van de provinciale kerkleiding viel; de particuliere synode. In die nieuwe constructie kon Toornvliet weer aan de slag. Joost Lub: “Dat was een wonderlijke situatie. Wij zonden de kerkdiensten uit van onze eigen kerkgemeente in Bloemendaal. Én je had Kerk Zonder Grenzen, die bij ons de preekstoel gebruikte en zendtijd huurde voor hun eigen diensten. We werden een soort facilitair bedrijf voor Kerk Zonder Grenzen.”

Schippers: “Toornvliet was zo eigenwijs dat hij ook ruzie kreeg met de synode. Toen hebben ze hem in 1968 ontslagen, hij mocht niet meer op de zender. Daar ontstond een enorme ophef over, een schisma in de gereformeerde kerk. Met grote artikelen in de regionale en landelijke pers. Zijn aanhangers maakten een eigen krant: Ellende Zonder Grenzen. Een pijnlijke tijd. Dat verhaal hebben we nu pas goed kunnen vertellen, in de expositie 100 jaar Radio Bloemendaal. Nu was de tijd er rijp voor.”

Bereik
Daarna ging het Radio Bloemendaal voor de wind. De luisterschare nam toe, de programmering werd uitgebreid. In de euforie van het succes werd zelfs voorzichtig nagedacht over een landelijk bereik, via een netwerk van zenders. Schippers: “Maar dat leidde tot protest van de NCRV in Den Haag. Toen heeft onze Radiocommissie eieren voor haar geld gekozen: jongens, laten we onze hand niet overspelen want er komt een nieuwe Mediawet aan. En als we landelijk willen gaan kunnen we onze vergunning wel eens verliezen. Dat was heel verstandig.”

De zendmachtiging was in de lange geschiedenis van Radio Bloemendaal sowieso een zorgenkindje. Iedere verlenging was tijdelijk en voorwaardelijk. Steeds opnieuw moesten juristen van de kerk naar Den Haag om hun unieke positie in omroepland te verdedigen. Bij de komst van de nieuwe Mediawet in 1987 lukt dat op het nippertje, dankzij steun van de mannenbroeders van de AR in de Tweede Kamer.

In 1995 werd een zender van 500 watt in gebruik genomen, waardoor het bereik aanzienlijk toenam. In Noord- en Zuid-Holland, Friesland en andere delen van het land kon Radio Bloemendaal nu worden beluisterd. Er kwamen zelfs ontvangstrapporten uit Scandinavië. Maar in 2018 werd de middengolfzender definitief uitgeschakeld. Joost Lub: “Dat had met de kosten te maken, maar ook met klachten van welgestelde buren. Die hadden soms last van storing en stapten naar de rechter. En bovendien, wie luisterde er nog naar de middengolf? Dus in 2018 gingen de masten omlaag.”

Wereldwijd
Maar Radio Bloemendaal gaat onverminderd door, via internet. Met audio én video. Herman Schippers: “We waren er al vroeg bij met internetuitzendingen, maar we hebben er toch vrij lang over gedaan om die overstap definitief te maken. Toen het zover was hebben we in het hele land luisteraars geholpen met het aansluiten van internetradio’s. Nu weet men niet beter. Elke zondag een dikke 1000 luisteraars, inclusief terugluisteren. Geen gedoe meer over die zendvergunning, halleluja. En een wereldwijd bereik.”

Joost Lub: “De romantiek van de radio is er wel een beetje vanaf. Dat we na een storm op zondagmorgen de masten in moesten klimmen om de antenne te repareren, vlak voor de kerkdienst. Dat was mooi. En uniek is het ook niet meer; iedere kerk zendt nu uit via internet. Maar dat we het zo lang hebben volgehouden is wél heel bijzonder. En dat we nog steeds die fantastische faciliteiten hebben om speciale dingen te doen. Dat maakt het nog steeds de moeite waard.”

gerelateerde artikelen