Geranium, foto van Gemma Evens

Geranium & Co met Jan Karman

Muziek was er van huis uit altijd al, maar kreeg volop de ruimte na zijn pensionering. Jan Karman, hoofd automatisering bij PNO van 1984 tot 1997, vertelt bevlogen over zijn eigen composities voor orgel, fluit, klavecimbel en strijkers. Maar zijn enthousiasme is even groot als het gaat om de enorme ontwikkelingen die hij meemaakte op het gebied van pensioenadministratie. toen hij begon bij PNO werd er nog met magneetkaarten gewerkt. Toen hij afscheid nam, waren die al geruime tijd niet meer in gebruik.

Jan Karman kwam na zijn militaire dienst onder andere terecht bij een pensioenfonds in Amsterdam dat veel internationaal georiënteerde klanten had. “Daardoor leerde ik veel verschillende aspecten van de pensioenwereld kennen. Zo heeft in het buitenland werken bijvoorbeeld flinke consequenties voor je AOW. Ik startte toentertijd in de avonduren de opleiding tot actuaris. Maar dat was na verloop te veel in combinatie met een voltijdse baan.”

In 1984 wist toenmalig PNO-directeur Anton de Bekker hem te overtuigen de automatisering bij PNO te professionaliseren. “Ik was vanuit eerdere functies heel goed bekend met een voor die tijd zeer geavanceerd Amerikaans pensioenadministratiesysteem, dat ik graag wilde invoeren bij PNO. De directie stond erachter en we wisten dit in korte tijd te doen. Zo legden we de basis voor een moderne pensioenadministratie en konden we bepaalde activiteiten, die voorheen veel handmatig werk vroegen, automatiseren. Ik kijk met heel veel plezier terug op mijn periode bij PNO. Er was altijd veel te doen, maar er was een goede collegiale sfeer.”

Jan Karman
Jan Karman. Fotograaf: Marijke Gussenhoven

Muziek
Volgens Jan Karman moet muziek in zijn genen zitten. “Ik kreeg op een familiereünie een foto onder ogen van mijn grootvader, waarop hij met drie anderen vierstemmig psalmen staat te zingen. Mijn vader was in de jaren dertig actief als dirigent van de plaatselijke fanfare. En ikzelf speelde al op jonge leeftijd op het harmonium. Pas vanaf mijn 17e ging ik op les. Ik kan mij de strenge leraar nog goed herinneren. Ik ben later ook piano gaan spelen.”

De verhuizing van zijn geboortegrond in Zeeland naar een kleine kamer in Amsterdam om daar te gaan werken, was het einde van orgel en piano. “Ik ben toen dwarsfluit gaan spelen en heb door veel repeteren een hoog niveau weten te bereiken. De muziek stond tijdens mijn werk bij PNO uiteraard op een wat lager pitje, maar heeft vanaf 2000 weer mijn volle belangstelling. Ik heb de vleugel ingewisseld voor een klavecimbel. Een prachtig instrument waar ik heel graag op speel.”

Componeren
Jan Karman componeerde sinds 2000 tientallen stukken voor orgel, fluit en strijkinstrumenten. Daarbij vallen de veelvuldige fuga’s op. “Componeren van fuga’s is in de muziek wat het modeltekenen is voor beeldende kunst. Ik heb ooit een compositie gemaakt op basis van het Zeeuws volkslied in vier delen. Deel drie was een fuga. Dat moet heel precies. De fuga is een muziekstuk dat aan heel strenge eisen moet voldoen. Luister maar naar Bach. Van Bach wordt gezegd dat na het luisteren van zijn muziek je hersencellen allemaal weer recht staan. Bach is altijd goed!”

Jan Karman publiceert op zijn website Ganuenta.com niet alleen al zijn muziekstukken, maar ook vakbladartikelen op het gebied van actuariaat en pensioenen.

gerelateerde artikelen