“De rol van Ellen?” herhaalde Wim t. Schippers mijn vraag, toen ik hem in 1976 interviewde voor Het Parool. En hij gaf ook meteen het goede antwoord. “Zij houdt de zaak in de hand, zonder Ellen was het allemaal niet mogelijk geweest.”
De afgelopen weken hebben vele anderen die woorden in veel toonaarden herhaald, ter gelegenheid van haar overlijden. Ellen Jens was de stille kracht achter de schermen van talloze tv-programma’s. Een baken van kalmte en praktisch vernuft . Geen naam die dagelijks in de krant stond, geen vrouw die voortdurend de aandacht van de buitenwereld trok. Maar ze was wel degene die orde schiep in de chaos van klassiekers zoals de Schippers-shows met Fred Haché, Barend Servet en Sjef van Oekel, beproefde programma’s als … Adriaan van Dis en De Plantage (met Hanneke Groenteman op zondagmiddag) en de met niets te vergelijken afleveringen van Jiskefet. Ze fungeerde als producer en/of regisseur – die grenzen werden in haar geval zelden erg scherp getrokken. Wie haar in de studio zag rondlopen met haar eeuwige blocnote onder de arm, kon er in elk geval op vertrouwen dat alles in orde zou komen. Wie met haar samenwerkte, kon het zo gek niet verzinnen of Ellen regelde het. En vervolgens bracht ze het vlekkeloos in beeld.
Rechten in Leiden
Ellen Jens werd op 6 oktober 1940 geboren in Wassenaar, waar ze ook naar het gymnasium ging. In die tijd wilde ze eigenlijk actrice worden, zei ze in een van de weinige interviews die ze ooit gaf. Of schrijfster. Maar het leek haar verstandig eerst rechten te gaan studeren, want zo’n studie zou overal bruikbaar kunnen zijn. Wel deden zich aan de Leidse universiteit allerlei activiteiten voor, omdat er een lustrum te vieren viel. Zo speelde ze mee in een lustrumcabaret van studiegenoot Paul van Vliet en in de parodistische musical No bed for Bacon, in het Kurhaus in Scheveningen, geregisseerd door de jeugdige toneelleider Berend Boudewijn.
De VPRO
Tot het studentenbestaan haar begon te vervelen. En bij toeval kreeg ze toen een advertentie onder ogen in de VPRO-Gids (destijds nog Vrije Geluiden genaamd). De VPRO zocht een programmamedewerkster – en dat leek haar wel wat. Na een gesprek met toenmalig directeur Arie Kleywegt werd ze uitgekozen, uit 200 sollicitatiebrieven. Kleywegt koppelde haar aan Warry van Kampen, toenmalig regisseur en hoofd amusement bij de VPRO. Scriptgirl en regie-assistente – dat was zo ongeveer haar takenpakket. Ze trad er begin 1964 in vaste dienst.
Een van de eerste uitzendingen waaraan ze meewerkte was een optreden van de grote chansonnier Jacques Brel in café-restaurant Huis met de Pilaren in Bergen (NH), exclusief voor de VPRO geregistreerd onder leiding van Van Kampen. Zo kon Ellen Jens nog met groot plezier navertellen hoe kwaad Brel was om het feit dat dat Nederlandse omroepje hem had laten zingen in een horecazaak. “Het was een gênante vertoning voor iemand zoals Brel,” beaamde ze.
Vier kapiteins
In die beginjaren werkte ze ook regelmatig mee aan de bezienswaardige shows die regisseur Rob Touber voor de VPRO maakte – inclusief een special met Adèle Bloemendaal in India. Touber stond bekend als een baanbrekende beeldenstormer, die niet alleen uiterst hoge eisen stelde aan zichzelf, maar ook aan iedereen om hem heen. Ellen Jens bleek echter uitstekend tegen hem opgewassen te zijn. Geen wonder dus, dat de keus al snel op haar viel toen de VPRO in het najaar van 1971 in zee ging met Wim T. Schippers, Wim van der Linden, Ruud van Hemert en Gied Jaspars.
Samen waren zij de wildebrassen die alle televisiewetten omverwierpen met de onbedaarlijke onzin van types zoals Fred Haché, Barend Servet en Sjef van Oekel. Vier kapiteins op één schip, redeneerde de omroep – het zou geen kwaad kunnen daar iemand tussen te zetten die van toeten en blazen wist als het om de productie van een tv-programma ging. En zo werd Ellen Jens allengs de vrouw die alles mogelijk maakte – en die ook menigmaal de vier uiteenlopende meningen van de vier geestelijk vaders tot één mening wist samen te brengen. Zodat de scriptgirl uit het begin langzaam maar zeker uitgroeide tot de onwankelbare producer van een serie shows die in de Nederlandse tv-geschiedenis onuitwisbare sporen achterliet. Het facilitaire bedrijf van de NOS, waarmee de omroepen destijds een verplicht systeem van winkelnering onderhielden, had zoiets nog nooit meegemaakt. Eigenlijk kwam dat VPRO-clubje steeds weer te laat met de wensenlijst (decors, techniek, rekwisieten) voor de volgende show. Maar elke keer ging de NOS-ploeg door de knieën voor haar charmante vasthoudendheid. Zoals ze er ook telkens weer in slaagde binnen de budgettaire beperkingen te blijven zonder zichtbare concessies te doen.
Ongevraagd nam ze toen ook nog een andere taak op zich, door zich te ontfermen over de figuren die in die shows de hoofd- en de bijrollen speelden – geen beroepsacteurs, maar amateurs van zeer uiteenlopend allooi die vaak werden gevraagd hun tv-bekendheid te verzilveren door het aannemen van schnabbels in den lande. “Ellen vangt ze op, adviseert ze een beetje over dingen die buiten de show omgaan,” zei Wim T. Schippers toentertijd in Het Parool. “Bekijken of het goed voor ze is om op bepaalde aanbiedingen in te gaan.”
Schippers en Van Dis
Schippers werd (en bleef) haar man en daarnaast had ze een relatie met Adriaan van Dis. “Zij verstond de kunst met twee mannen te leven. Oprecht én goochelend,” schreef Van Dis bij haar dood in de NRC. “Alleen benauwde lieden begrijpen dat niet.” Uit de shows die naar Fred Haché en Barend Servet heetten, kwam in de loop van de jaren zeventig de ene na de andere comedyserie naar Schippers-snit tevoorschijn – van De lachende scheerkwast via Op zoek naar Yolanda naar de langlopende reeks We zijn weer thuis, waarin Schippers zelf een hoofdrol speelde, met Ellen Jens als co-regisseur. En daar was ook Van Oekel’s Discohoek, waarin ze opnieuw glorieerde als de producer die alles voor een grijpstuiver gedaan kreeg.
Meercameraregie
Bij de VPRO kwam ze, zo bezien, als geroepen. De VPRO-traditie was immers filmisch. Mannen als Hans Keller, Roelof Kiers en Cherry Duyns maakten hun programma’s – meestal documentair van aard – in cinematografische stijl, met één camera. Studio-ervaring met meerdere camera’s was in hun kringen dun gezaaid. Dus toen de VPRO meer zendtijd kreeg en meer talkshows ging maken, was Ellen Jens daarvoor de ideale regisseur. Tot haar vele wapenfeiten in dat genre behoorden programma’s als Hier is… Adriaan van Dis, De Plantage (Hanneke Groenteman) en VPRO Boeken (Wim Brands). Ze combineerde inhoudelijke interesse met praktische flair en schrok er ook niet voor terug om desnoods zelf via haar imposante netwerk gasten binnen te halen die eerder weigerachtig gedrag hadden vertoond.
En tot de velen waarvoor Ellen Jens heeft gewerkt, behoorden natuurlijk ook de Jiskefet-mannen voor wie ze jarenlang de studioregie op zich nam. Dat er toen drie kapiteins op het ene schip stonden, moet haar weleens hebben doen denken aan de tijd dat dat ze nog met vier kapiteins te maken had. Of misschien ook niet, want ze keek zelden terug. Terwijl er veel was om op terug te kijken.